De verleiding was vandaag ongelofelijk groot om mij uit mezelf te laten jagen. Te reageren met boosheid, verbijstering, cynisme en vooral angst nu de keuze van miljoenen Amerikanen zo overduidelijk is gemaakt. Mijn lichaam is mijn belangrijkste instrument en nadat ik de eerste berichten op mijn telefoon had gelezen voelde ik een rollende, grommende angst vanuit mijn tenen richting mijn hart sluipen. Mijn adem spande zich rond mijn middenrif samen. Als mijn lichaam dat soort signalen begint af te geven weet ik inmiddels dat ik heel goed moet opletten. Een uitnodiging om te onderzoeken wat er nu eigenlijk echt gebeurt? Wat voel ik? Is dat terecht? Wil ik dat wat er buiten mij gebeurt, en waar ik geen enkele invloed op heb, definiërend laten zijn voor mijn dag? Ben ik een slappeling als ik voel dat ik niets moet doen? Nou ja, dat dus, terwijl de klok nog niet eens half 8 had aangetikt. Ik besloot mijn telefoon weg te leggen en de hele dag alle nieuwsapps te blokken. Ik had het grote gezien en besloot mijn aandacht te geven aan het kleine.
Ik liep met hond Casper, gooide een stok en mijn hart smolt toen hij met wapperende staart terugkwam rennen, zonder stok…maar dat mocht de pret niet drukken. Ik was ontroerd door het breekbare ochtendlicht dat als in een dans leek te spelen met de goudgele bladeren op de takken van de beukenboom. Mijn voeten zonken weg in een hele dikke laag herfstbladeren die vrolijk knisperde onder mijn voeten. Er fietste een wat oudere man voorbij, handen los, koptelefoon op, hardop zingend. Hij waande zich onbespied en was weer even een jongetje van 15 kon ik zo voelen. Die onschuld en onbevangenheid beroerde iets in mij. Langzaam trok mijn innerlijke mist op. De paniek verdween. Ik voelde innerlijke ruimte. Ik vond mijn schuilplaats in het dagelijkse, het gewone. Daarbinnen ben ik onbevreesd kon ik zo voelen.
En er ontstond ook ruimte om te doorzien, om achter de sluier te kijken. Om te zien dat onderliggend aan dit soort gebeurtenissen altijd diepe pijn, verdriet en verwarring schuilgaat. Van mensen die niet gezien, niet gehoord en niet verbonden zijn. Niet met zichzelf, niet met elkaar, niet met de wereld. We leven in een verbrokkelde wereld en de scherven zien we vandaag overduidelijk op de grond liggen.
Ik heb geen antwoorden, ik heb geen idee waar het heen gaat. Ik wacht, ik voel, ik kijk, ik verbind met mezelf en met de ander. Maar bovenal kies ik. Om het grote te blijven zien, maar al mijn liefde te geven aan het kleine.